FILM
CRAWFURD Film &
Video.
FILM is nog steeds kwalitatief het beste medium. De “ouderwetse”
film heeft het grootste contrastbereik en de natuurlijkste scherpte. Wat
betekent dit concreet?
Contrast.
Bij het filmen van de
natuur, b.v. een bos, is het praktisch onmogelijk om het contrast te
beïnvloeden d.m.v. belichting. Een bos is enorm contrastrijk, zeker bij
zonlicht. Maar ook een sneeuwlandschap kan extreem zijn. In zo’n
geval geeft de belichtingsspeelruimte van film een veel mooier resultaat dan
welk videosysteem ook. Natuurlijk kent ook de belichtingsspeelruimte van film
zijn grenzen, maar die liggen veel verder uit elkaar dan bij video. Waar bij
video de belichtingsspeelruimte bepaald wordt door de chips en elektronica in
de camera, wordt het bij film bepaald door de emulsie van de filmrol.
Scherpte.
De scherpte van een medium wordt bepaald door verschillende factoren. De scherpte van het objectief is er één van. Dat geldt zowel voor film als video.
Bij video wordt het beeld opgenomen op een chip. Bij HD heeft deze chip maximaal 1080x1920 pixels. Bij 16 mm film is de eenheid waarmee beeld wordt vastgelegd de molecuul. En die kan in feite zo klein zijn dat er geen beperking is. Een goede 16 mm objectief kan 110 lijnen (max. 160 lijnen) per mm weergeven. 110 lijnen betekent 220 pixels. Dit komt neer op:
1650 x 2257 pixels bij normaal 16 mm (3:4 = 1:1,37)
1269 x 2257 pixels bij een 16/9 uitsnede binnen het normale 16 mm (1:1,78)
1534 x 2728 pixels bij een 16/9 uitsnede binnen super 16 mm (1:1,78 binnen 1:1,66)
Het is dus zinnig om voor een 35mm film voor super 16 te kiezen, mits er gebruik gemaakt wordt van uitstekende objectieven en laaggevoelige, korrelvrije film.
Een 1:1,66 uitsnede binnen een 1080x1920 chip levert immers 1080 x 1793 pixels op en een 1:1,85 uitsnede binnen deze chip 1038 x 1920 pixels.
Naast de brute scherpte is er ook nog zoiets als scherpteverloop. Het scherpteverloop bij film is natuurlijker dan bij video. Elke videocamera verhoogt de scherpte van de chip op een kunstmatige manier. De benaming daarvan is “apertuurcorrectie” of “contourcorrectie”. Het effect daarvan is dat een onderwerp òf scherp is òf onscherp. Een beetje scherp of een beetje onscherp bestaat eigenlijk nauwelijks. Het verloop tussen scherp en onscherp is dus niet vloeiend, zoals bij film.
Als kwaliteit dus het
enige criterium is, dan is er veel reden om voor film te kiezen. Crawfurd Film
& Video beschikt zelf over een Eclair ACL 16 mm camera met bijbehorende
apparatuur. Hoewel dit al een wat ouder apparaat is, verkeert het in
uitstekende staat. En aangezien een filmcamera een mechanisch apparaat is en de
ontwikkeling zeker ook in de filmemulsie heeft plaatsgevonden, hoeft dat geen
probleem te zijn. Bovendien is deze camera (te) weinig gebruikt.
Helaas
zijn er ook nadelen aan film. In de eerste plaats de kostprijs. Een rol 16mm
film van 11 minuten kost ongeveer … euro incl. ontwikkeling. Aangezien de
meeste films op video worden afgewerkt, vanwege de grote voordelen die dat
heeft, moet deze rol film met de hoogste kwaliteit op video worden overgezet.
Scannen van 16 mm naar HiDefinition video kost
ongeveer … euro per uur. Kortom, het is niet goedkoop, maar het ziet er wel
prachtig uit. En voor producties waar maar weinig opnames voor gemaakt hoeven
te worden, zoals sommige reclamespots en videoclips is het een uitstekend
medium.
Daarnaast
moet je een cameraman hebben, die je volledig kunt vertrouwen. Het resultaat
van een dag opnames zie je pas nadat er een videoscan of filmkopie gemaakt is.
En dat is op zijn vroegst de volgende dag.
Wat dat betreft was is
zeer verbaasd toen ik van film op video overging, dat ik niet automatisch het
volledige vertrouwen van de regisseurs kreeg. Ik was zelfs beledigd, kan ik me
herinneren. In het ideale geval is er tussen regisseur en cameraman een
volledig vertrouwen. Dat vertrouwen moet natuurlijk terecht zijn.